Het Nationaal Museum van de Speelkaart breidt uit
3856
post-template-default,single,single-post,postid-3856,single-format-standard,bridge-core-3.1.2,qode-page-transition-enabled,ajax_fade,page_not_loaded,,qode-child-theme-ver-1.0.0,qode-theme-ver-30.1,qode-theme-bridge,qode_header_in_grid,wpb-js-composer js-comp-ver-7.1,vc_responsive
 

Het Nationaal Museum van de Speelkaart breidt uit

Het Nationaal Museum van de Speelkaart breidt uit

Harten 5

Harten 5

Op Valentijnsdag opende het Nationaal Museum van De Speelkaart twee nieuwe museumzalen: “Harten 5” en de “Zaal van de Toekomst”.

Op de persconferentie werden we verwelkomd door burgemeester Eric Vos die stelde dat het Speelkaartenmuseum met een jaarlijks gemiddeld bezoekersaantal van 15.000 een belangrijke toeristische attractie is voor de stad. Een nieuwe ontvangstruimte met cafetaria zou nog dit jaar opengaan.

Cartamundi is als speelkaaartenproducent groot geworden in Turnhout en is momenteel een wereldspeler, niet alleen wat speelkaartenproductie betreft maar ook voor bordspelen. De groep telt 11 productieplants verspreid over 4 continenten.
Bert Van Pelt schetste de huidige sterke punten van Cartamundi:

  • aandacht voor het design,
  • de ontwikkeling van hybride spellen waarbij de brug geslagen wordt tussen het fysieke kaartspel en de online wereld,
  • via een mobiele app kaartspelen in een online community
  • produceren van gepersonaliseerde kaartspelen
Bart Van Pelt, Eric Vos, Astrid Wittebolle en Filip Cremers

Bart Van Pelt, Eric Vos, Astrid Wittebolle en Filip Cremers

 

Astrid Wittebolle, schepen van cultuur, ontvouwde enkele toekomstplannen. In 2019 zal het Speelkaartenmuseum 50 jaar bestaan en de bedoeling is om de lokale handelaars en culturele verenigingen hierbij te betrekken.

Directeur van het Speelkaartenmuseum Filip Cremers introduceerde ons in de nieuwe zalen.
“Harten 5” schetst in 5 thema’s de evolutie van het kaartspel vanaf de Middeleeuwen (1376) aan de hand van eigen collectiestukken (omwille van veiligheidsredenen soms hoogwaardige reproducties).

  • “Het prentenboek van de duivel” schetst de onaangename neveneffecten van het kaartspel: bedrog, ruzie, oplichting, … vooral de Kerk ziet het kaartspel als een spel des duivels. Pieter Bruegel de Oude laat dit één van zijn inspiratiebronnen zijn voor een schilderij.
  • In “Lering en Vermaak” worden de positieve kanten van het kaartspel getoond: als bron van inspiratie voor kunstenaars, voor het onderricht, …
  • In “Vrijheid of de Dood” worden de kenmerken van de Franse Revolutie in het kaartspel verwerkt: geen koningen of koninginnen meer als afbeelding, maar symbolen van gelijkheid. Met de komst van Napoleon verschijnen opnieuw gepersonaliseerde kaarten, met o.a. de afbeelding van de keizer. Hij was ook een geregeld bezoeker van Madame Lenormand, een kaartwaarzegster.
  • In de “Eeuw van de romantici en de Victorianen” wordt het kaartspel een gezelschapsspel. Bij de Engelse adel is het whistspel heel populair, in het gezin worden zwarte pieten en kwartetspellen populair.
  • In de “Achterkant van de speelkaart” wordt ingegaan op de ontwikkelingen in de druktechniek

Zaal_van_de_Toekomst_3

In de “Zaal van de Toekomst” wordt in samenwerking met Cartamundi enkele nieuwe toepassingen voorgesteld, zoals speelkaartenapps, een digitale quiz of een geheugenspel. Ook kan je er verkleed in een speelkaartenfiguur selfies nemen.

INFO: www.speelkaartenmuseum.be

Perscontact: Ingrid Rombaut ingrid.rombaut@turnhout.be

Tekst: Didier Van Houts